de vondelier nr. 5 2013

Door het overlijden van Martin van Lammeren was de

inkoopcommissiegereduceerd tot drie leden.

Intussen is Jos van de Ven toegetreden tot deze commissie.

De tuin/werkconmmissiesignaleert dat er steeds meer mensen laat

of niet melden dat ze niet kunnen komen. Dat is lastig, omdat de

commissie wel het werk moet plannen en voor bereiden.

Bij deze dus een beroep op een ieder om zo veel mogelijk op je

beurtdag te komen.

Het baggeren is heel goed gegaan, hoewel er enkele tuinders de dans

zijn ontschoten. Het baggerbriefjessysteem werkt goed.

Twintig emmers blijkt niet veel te zijn, mogelijk moeten er volgend

jaar 50 emmers worden gebaggerd.

De fruitboomsnoeidag met Peter de Jong van het Landschap zal

komende winter worden herhaald. Meer informatie volgt.

                                               Remco Visser; remcovisser01@cs.com

Op 26 november is de voorraad weer aangevuld,

alles is weer volop verkrijgbaar.

De tuin kan voor de winter klaar gemaakt worden

door gevoelige planten al te dekken met tuinturf,

vooral bessenstruiken kunnen een laagje hiervan hebben,

ze verlangen een iets zurige grond,

mogen dus ook geen kalk hebben.

December en januari zijn goede maanden om

kalk te strooien, waar dat nodig is,

na een week of zes kan dan mest gestrooid worden.

Dit mag nooit te kort op elkaar, want het één breekt het ander af.

Een aantal tuinders heeft ECOstyle onkruidebestrijder

tegen heermoes en zevenblad gekocht,

graag willen wij horen of dat bevallen is.

We hebben er een nieuwe verkoper bij ! ! ! ! !

Dat is Jos van de Ven, dus vanaf nu kunt u ook bij hem terecht.

Hij heeft tuin 68, niet ver van de winkel.

                                                       Namens het hele team: Lida

7 december is het weer zover dat we de grote boomsnoei dag houden.

Uitwijkdatum wanneer het heel slecht weer wordt, is 14 december.

Er komt zoals ieder jaar weer een sterke hakselaar die de grotere

takken gaat verwerken tot bruikbare snippers!

Het is dus niet de bedoeling dat er klein takmateriaal vooral van

coniferen aangedragen wordt.

Ook dikke stompen van b.v. wortels worden niet verwerkt.

Voor erg dikke stammen zijn er altijd wel liefhebbers die graag

openhaard “voeding” willen hebben.

Een ieder die gebruik wenst te maken van deze speciale actie zal zelf

ook mee moeten helpen de takken af te voeren naar de hakselaar.

Via de lijst op het mededelingenbord (zie voorbeeld onder)

of via genoemd e-mailadres kunt u uw wens kenbaar maken.

De meeste bessensoorten, rode, roze, witte en kruisbessen

worden gesnoeid op basis van het feit dat de vruchten zich vooral

vormen op de meerjarige takken.

De zwarte bes is de uitzondering,

want bij deze bes groeien de vruchten vooral op eenjarig hout.

Snoeien van bessen:

De ideale vorm van een bessenstruik is een soort beker, waarbij een

aantal takken staan rond een leeg middendeel.

Snoei hiervoor na het planten de middentak weg en verwijder ook

alle breeduitgroeiende takken om de opgaande groei te stimuleren.

Ga uit van ongeveer 9 takken per struik. In principe snoei je in de

winter 2 á 3 takken weg, de volgende winter weer 2 of 3 andere enz.

Dit schema kun je jaar in jaar uit volhouden.

In de zomer kun je ongewenste zijtakken verwijderen (zomersnoei),

om meer licht in de struik te krijgen, maar dat is niet altijd noodzakelijk.

Snoei van de zwarte bes:

Na het planten van een nieuwe struik moet je deze terugsnoeien

tot 5 cm boven de grond (van de gesnoeide takken kun je meteen

nieuwe stekken maken).

Deze drastische snoei heeft tot gevolg dat zich het eerste jaar

3 of 4 nieuwe sterke takken gaan vormen, die je een jaar lang niet

hoeft te snoeien maar waar dan wel vruchten aan gaan groeien.

Aan het einde van het tweede jaar zullen er zich veel nieuwe sterke

takken zijn gaan vormen

Vanaf nu kun je elk jaar een deel van de takken wegsnoeien,

zodanig dat er altijd een of twee jarige scheuten blijven staan.

Snoei zo dicht mogelijk bij de grond, en blijf zorgen voor licht in de

struik.

Het snoeien kan plaatsvinden vanaf de oogst tot in de winter.

Het is zelfs mogelijk om te snoeien met de rijpe vruchten er nog aan,

zodat het oogsten meteen een stuk makkelijker gaat.

Een herplaatst artikel uit De Vondelier van 2007,

door de kweker van Duivenvoorden uit Lisserbroek.

Eerdere artikelen in nr 3 en 4.

Buitenteelt doordragers.

Voor doordragers is het eigenlijk altijd beter om in het voorjaar te

planten.

Een plant geeft evenveel aardbeien geplant in maart als in augustus.

Wat bij doordragers erg van belang is dat in het voorjaar de eerste

bloesem verwijderd wordt. Dit doet men ongeveer tot eind mei.

Hierna zal men bij sommige soorten ook moeten krenten of dunnen.

Dit houdt in dat van elke tros 1/3 verwijderd moet worden.

Wij zeggen altijd de 4 kleinste bloemetjes eruit knijpen.

Als de tros is afgedragen of nog maar weinig kleine aardbeitjes heeft

dan de hele tros verwijderen om de plant te stimuleren om weer een

nieuwe tros te maken. Doordragers als Ostara hebben ook behoorlijk

de ruimte nodig. Maximaal 4 à 5 planten op de vierkante meter.

Bemesting.

De voedingshuishouding is bij aardbeien vrij belangrijk.

Met planten mag er niet bemest worden.

Pas na 4 weken als de planten goed vast staan.

Dan daarna elke 3 weken bijmesten met een meststof waar niet te

veel Stikstof(N) in zit maar wel behoorlijk Kalium(K). Dit is nodig voor

de stevigheid van de plant. Als er een mengmeststof wordt gebruikt

dan zitten daar ook de sporenelementen in die nodig zijn zoals

magnesium. Dit is nodig om de andere stoffen beter op te nemen.

Bij eenmaaldragers bijmesten tot na de pluk en daarna nog 3x tot de

winter. Bij doordragers vanaf de eerste keer bloemen plukken elke

3 weken tot eind oktober. In de kasteelt is voeding nog belangrijker,

vooral in de pottenteelt. Hier dient men een kristalon/pokon oplossing

te gebruiken en wel om de dag.

Kristalon met de verhouding 6N-12P-36K + 3MgO is dan de beste.

Nieuw plantbed

Als men een nieuw plantbed maakt. Zorg ervoor dat het schoon is en

dat er de laatste 3 jaar geen aardbeienplanten hebben gestaan.

Wat ook slecht is: als er voor aardappels of tomaten hebben gestaan!

Deze hebben last van dezelfde bodemschimmels en kunnen de

nieuwe planten gelijk aantasten.

Over deze ziektes meer in het hoofdstuk erover.

Als men zelf stekt kijk dan goed of de moederplant gezond is.

Is dat niet zeker gebruik er dan geen stekken van want u bent alleen

bezig ziektes te verspreiden zoals Verticilium.

In de volksmond verwelkingsziekte.

Over hoe te planten bestaan ook nog een paar vragen.

Ik hoor wel eens moet ik de wortels uitspreiden? Dat is niet nodig, als

de wortels maar recht omlaag zitten. En als het lange wortels zijn dan

mag er best een stukje af. Als er maar 10 à 12 cm overblijft.

Wat ook nog wel eens gebeurt is dat de mensen als bemesten van

tevoren. Dit geeft alleen kans op verbranding.

De eerste 4 weken niet bijmesten!

En te dik planten geeft ook alleen maar problemen met ziektes.

Er mogen maximaal 5 tot 8 planten per vierkante meter staan.

Meer planten geeft niet meer opbrengst alleen meer rotte vruchten.

Onderhoud van de planten na de oogst.

Wat te doen met de planten na de oogst. Eenmaaldragende rassen af

en toe wat bijmesten en wieden is op zich voldoende. Komt er een

ziekte in zoals spint, meeldauw, luis dan is het beter om de plant 2 cm

boven het hart af te snijden en al het blad en beginnende uitlopers

weg te gooien. Gooi dit in de biobak en niet op de composthoop.

Dan blijft u bezig met de ziektes. Dit is ook een mooie manier van

biologisch werken. Doe dit niet meer na 10 augustus.

Dan verstoort u de bloemaanleg voor het volgende seizoen.

Gaat u op vakantie en heeft u doordragers:

Pluk dan alle bloemen en knoppen eruit, vier weken voor u weer

thuis komt. Niemand hoeft er dan ervoor te zorgen en als u thuiskomt

zijn de aardbeien bijna goed om te plukken.

Zo, dat ging snel, die zomer van 2013! Hij begon ineens,

was niet meer te stuiten en ineens was-ie ook weer voorbij.

Af en toe nog een lekkere herfstdag, maar dat was het dan.

Even een vraagje onder de niet-gepensioneerden: viel het jullie ook

op dat de dagen die droog waren meestal doordeweeks waren en de

natte, miezerige, koude, winderige, gure dagen vaak in het weekend

opdoken ? Zodoende is de tuin, ondanks de goede voornemens,

weer een zooitje, de bonenstaken staan er nog en er valt dus nog een

hoop op te ruimen. Je hoeft je nooit te vervelen met een volkstuin.

Een hoofd vol plannen (we gaan een veldje ruimen, rozen verplanten,

struiken rooien en de vrijkomende vierkante meters volgend jaar

gebruiken voor moestuingewassen). Maar ja, een hoofd vol plannen

wil nog niet zeggen dat dat allemaal op tijd gerealiseerd wordt.

Eerlijk gezegd ben ik niet meer op de tuin geweest sinds daar een

halve orkaan overheen gegaan is.

Onbewust vrees je toch met grote vreze hetgeen je zal aantreffen.

Het zal je maar gebeuren dat er een pleziervaartuig op je tuin ligt.

Van wie is die en hoe krijg je die weer van je grond af.

Gelukkig had ik wel op tijd de middensloot uitgebaggerd en stond het

waterpeil laag. Een tsunami zal er niet over de akker gegaan zijn.

Maar ja, nu we het over water hebben: er is wat naar beneden

gekomen hé. En na de superstorm die over de Filipijnen geraasd is,

hoor je toch geluiden in de politiek of het klimaat niet een beetje,

ietwat, zo langzaamaan, voorzichtig aan het veranderen is.

Tsjemig, hallo! Wakker worden! Het is 2013 en er wordt al zolang

gewaarschuwd voor hogere temperaturen, meer en zwaardere

stormen en meer, veel meer neerslag per vierkante meters.

De ijsberen op de schotsen drijven af, het poolijs verdwijnt,

de zeespiegel stijgt. Ik lees inmiddels al in de KIJK artikelen over de

teneergang van de sabeltandtijger en de mammoet, over de

oerbossen met kolossale muggen als helikopters zo groot, waartegen

slecht jerrycans Autan bescherming bieden. Insecten waren toen tig

keer groter wegens de warmte en het hoge zuurstofgehalte in de

atmosfeer. Jawel, een goede voorbereiding is het halve werk

Ik sla tennisrackets in om straks de vliegen te kunnen meppen.

Stiekem heb ik met het opgedoken slib uit de middensloot al aan

dijkverhoging gedaan. Ik heb alvast een grotere BBQ gekocht om de

T-bonesteak van het teruggekeerde oeros te kunnen roosteren.

Mijn huidige Webertje schiet dramatisch tekort, daar kan geen vijftig

kilo vlees op garen.

Dit zomertje ontgingen mij de eerste signalen niet hoor.

Alles groeide sneller en groter in mega hoeveelheden.

De bonen waren angstaanjagend in aantallen en formaat.

Ik werd ’s nacht gillend wakker uit nachtmerries over grote,

slijmerige peulen die de mensheid vernietigden.

“Invasion of the Bodysnatchers”, waarin Donald Sutherland in de

slotscène als getransformeerde doperwt gillend naar een volgend

slachtoffer wijst. Kippenvel, maar het is straks de harde realiteit.

Als Alice in Wonderland liep ik tussen de bieten als wolkenkrabbers

zo hoog. Ik klom als Sjaak in de bonenstaak op zoek naar de reus en

de kip met de gouden eieren. Iedere week ga ik nog naar m’n werk,

dus die kip heb ik niet gevonden. Dit voorjaar ga ik de ingang van

tuin 43 veranderen. De pergola wordt een grote toegangspoort van

twee betonnen zuilen en daartussen twee dikke eikenhouten deuren.

De zuilen zijn voorzien van meerdere fakkels en tussen de zuilen

steekt een fraaie boog met geelrode letters.

“Jurassic Park” is er te lezen.

Misschien doe ik er voor de werkcommissie een klein bordje bij:

“betreden op eigen risico” en zet ik geen 10.000 volt op de omheining.

Maar nogmaals: een goede voorbereiding is het halve werk.

Ik ben er straks klaar voor.

                                                                                                  Fred