de vondelier nr. 2 2013

Op zaterdag 9 maart was iedereen in het clubhuis bijeen voor de

jaarlijkse vergadering. Natuurlijk hadden we het over de middensloot.

Hoewel het Hoogheemraadschap er niet zo zwaar aan tilt, hebben we

zelf last van het feit dat de sloot ondiep is.

Baggeren helpt wel, maar dan moet ook iedereen baggeren.

Vooral het riet en andere groene resten moeten eruit.

We gaan dat doen in de periode tussen 15 oktober en 5 november.

Iedereen aan de middensloot krijgt een baggerbriefje dat hij of zij

moet inleveren als hij of zij heeft gebaggerd.

We gaan kijken naar lichter gereedschap. Er komt een peilstok.

En de tip is om te slepen en niet te tillen !

Natuurlijk blijven we regelmatig de middensloot doorspoelen,

deze zomer. Ook dat scheelt in de waterkwaliteit.

Ook een heikel punt is het netjes houden van de tuinen.

Natuurlijk staat er in het tuinreglement al een heleboel.

De tuin/werkcommissie heeft samen met het bestuur een stuk over

het inspecteren van de tuinen geschreven.

Daarin is nog veel duidelijker omschreven waar de tuin/werkcommissie

op let bij het lopen van een rondje. En als je je niet aan de afspraken

houdt, kan je uiteindelijk ook van de tuin af worden gezet.

Maar zover willen we het natuurlijk niet laten komen. Een waardevolle

suggestie was om juist ook de mooiste tuinen te prijzen!

Een compliment werd er gegeven aan de Commissie Algemeen

Groen voor de fraaie border aan het middenpad. De kascommissie

complimenteerde Ada met de financiën. Harry Vis en Gerard Bot

werden bedankt voor hun inzet in de commissie Beheer.

En E. Spruitenburg, Bas Mantel en JesseWijtkamp kregen een speldje

vanwege hun 25-jarig lidmaatschap van onze vereniging.

We hebben over een aantal belangrijke zaken gesproken, de

vergadering ging vlot en iedereen kon weer aan het werk in zijn tuin.

Intussen zijn we al weer een paar weken verder.

Ik ben druk bezig om nieuwe tuinders voor de tuinen 50, 56 en 57

te werven, omdat Michel Haring en Dick Verloop zijn gestopt.

                                            Remco Visser: remcovisser01@cs.com

Eindelijk is de ergste kou voorbij en dat is te merken ook.

De zakken grond vliegen de winkel uit en wat nog nooit gebeurd is,

de tuingrond is nu al uitverkocht en dat terwijl er net zoveel

ingekocht is als andere jaren.

Gelukkig is er nog wel voldoende potgrond.

Indien nodig wordt er bijbesteld.

We hebben onkruidborstels in de aanbieding, nu het onkruid nog

klein is, zijn de paden er makkelijk mee te onderhouden.

Beender- en bloedmeel is uitstekend om de grond weer in balans te

brengen, ook lavameel is een goede grondverrijking.

Gaat u zaaien, dan is zaaigrond aan de raden, de ervaring is, dat het

ontkiemen makkelijker gaat. Kompost en meststoffen zijn voorradig.

Voor onze nieuwe tuinders, even de "spelregels".

Vaste openingstijden hebben we niet.

Als de vlag hangt, is de winkel open.

Aan de zijkant van de winkel hangt het tuinnummer

van de verkoper, die op dat moment aanwezig is.

             Namens het verkoopteam Lida

HELP EEN BIJ !

Hoe ernstig is de bijensterfte?

Daarover bestaat discussie.

Zeker is dat deze insecten

een cruciale rol spelen

bij de bestuiving van vele

plantensoorten.

Voldoende reden om ze

een handje te helpen.

Doet u mee?

1. Bijvriendelijke tuin of balkon.

Plant bloemen, planten en bomen waarvan bijen houden

(zie de lijst op de volgende pagina).

Zij bieden nectar of nestmateriaal.

Liefst van één soort meerdere exemplaren, want bijen houden

van grote aantallen, zoals koolzaadvelden, fruitboomgaarden

en weiden met paardenbloemen en klaver.

Voor meer verscheidenheid in bijensoorten- Nederland heeft

er 358! – is verscheidenheid aan bloemen belangrijk.

2. Nestplekken

Maak zelf een “bijenhuis” door gladde gaatjes te boren in een

boomstam (3 á 8 millimeter breed, 10 centimeter diep).

Ook een blikje op minimaal anderhalve meter hoogte met

holle stengels erin (riet, bamboe, kaardebol, braam) kan als

nest dienen.

Liefst op een zonnig plekje en met bloemen in de buurt.

3. Adopteer een volk

Plaats een bijenkast in uw tuin die uzelf of een imker kan

bijhouden. Op Marktplaats.nl vindt u complete kasten.

Overleg wel met de buren, want er bestaan veel

misverstanden over (overlast van) bijen.

Bijen zijn in principe vredelievende insecten.

Ze steken pas als ze zich in het nauw gedreven voelen.

Blijf daarom altijd rustig in de buurt van bijen.

Ook helpt het om geen parfum op te doen of kleren met felle

kleuren – vooral met bloemenprint! – te dragen.

Op deze website vindt u meer tips om steken te voorkomen:

tinyurl.com/bijensteek.

4. Zelf imkeren

Leer de fijne kneepjes tijdens een imkercursus.

Hans de Jonge volgde een imkercursus en heeft nu zijn eigen

bijenvolk bij Leiden: “Ik wil de bijenstand graag helpen, maar

ook de wetenschap. Ik vind het bovendien boeiende insecten.

Ze vormen een bijzondere samenleving met een duidelijke

taakverdeling en één koningin die eitjes legt. In het voorjaar,

na de ‘winterzit’ van de bijen, kijk ik hoe groot het volk is.

Als het flink groeit, moet je opletten dat de bijen niet gaan

zwermen.

Dat kan door bijvoorbeeld het volk in tweeën te splitsen.

Zo voorkom je dat de helft met de koningin de kast verlaat om

een nieuw volk te stichten.

Een hobbyimker heeft meestal vier á vijf volken.

Mijn volk staat aan de rand van de stad.

Steden, met al die bloementuintjes, zijn dan ook eigenlijk oases

voor bijen vergeleken met het bloemenarme buitengebied.”

Meer informatie over zelf imkeren vindt u op de websites

www.bijenhouders.nl en www.ilovebeeing.nl

Hoe erg is de bijensterfte?

Dat er in Nederland bijensterfte is, is zeker, stelt Lennard Pisa,

bioloog van het Nederlands Centrum Bijenonderzoek.

Elk voorjaar is zo’n 75 á 77% van alle honingbijvolken die een jaar

eerder uitvlogen, nog in leven. Er is dus een kwart ‘wintersterfte’.

In 2009-2010 was dit zelfs 29% door gif in Belgisch bijenvoer.

Van solitaire bijen is het sterftecijfer niet bekend, omdat die moeilijk

te tellen zijn. Is deze bijensterfte erg? En is ze groter dan-zeg-in

1980? Dat weet niemand, stelt Pisa. De bijenstand wordt pas zeven

jaar gemeten, en die metingen zijn niet waterdicht.

Toch is er reden om ons zorgen te maken. Bijen zijn cruciaal voor de

bevruchting van (geteelde) planten. Minder bijen betekend minder

plantensoorten in Nederland, dus een slinkende biodiversiteit.

Dat maakt ecosystemen kwetsbaar.

Het plaatsen van bijenkasten juicht Pisa toe, maar belangrijker

volgens hem is een ander landschapsbeheer.

Dat is ook beter voor de 357 bijensoorten die niet in een nest leven.

“De honingbij overleeft wel. Het is belangrijk dat al die andere

soorten, die vaak één specifieke bloem bedienen, in stand blijven.”

Omdat ze maar van één bloem leven zijn ze kwetsbaarder.

Volgens Pisa is het daarom nodig dat er veel verschillende soorten

planten en bomen worden gezaaid én dat de politiek kiest voor de

Ecologische Hoofdstructuur als verbindingsweg voor soorten.

En de ‘gewone burger’? Die kan een bijvriendelijke tuin inrichten en

kiezen voor kaas, melk en groenten van een boer die kruiden en

bloemen niet bestrijdt en verwijdert.

“Dat kost vaak iets meer, waarbij de economische crisis niet helpt.

Maar uiteindelijk gaat dit over een grotere crisis, met grotere gevolgen.”

Meer informatie over boeren die rekening houden met kruiden en

bloemen vindt u op de website: www.bloeiendbedrijf.nl

Bijvriendelijke flora

Planten:                      Balsemien                   Bomen:

Duizendknoop                        Wegedoorn                 Wilg

Braam                         Kaasjeskruid               Hazelaar

Framboos                    Duindoorn                  Prunus (appel,

Klaproos                     Hertshooi                    peer, mispel,

Sneeuwbes                  Komkommer               enz.

Ganzenvoet                 Klimop                        Bijenboom

Anjer                           Schermbloem              (euodia)

Ranonkel                    Heide                          Honingboom

Berberis                      Sleutelbloem               (sophora

Kruisbloem                 Strandkruid                 japonica)

Roos                           Bosliefjes                    Den

Vlinderbloem              Lipbloem                    Taxus

Teunisbloem               Kaardebol                   Hemelboom

Wolfsmelk                  Campanula                  Linde

Ooievaarsbek              Astera                         Olijf

Vier mogelijke oorzaken van de bijensterfte

1.         Te weinig bloemen door bebouwing en landbouw.

2.         Minder imkers door vergrijzing,

ondanks de huidige aanwas van jonge imkers.

3.         Ziekten en parasieten; vooral de varroamijt

(sinds 1983 in Nederland).

4.         Pesticidegebruik in de landbouw,

hoewel onomstotelijk bewijs (nog) ontbreekt.

Over een gezonde bodem

        In de groentetuin

Een goede groei van planten begint bij een gezonde bodem.

Bemesting is er dan ook op gericht om de bodem te verbeteren

en eventuele tekorten aan voedingsstoffen op te heffen.

Er zijn een aantal mineralen die voor de plantengroei

noodzakelijk zijn:

- Stikstof, aangegeven met de letter N, nodig voor de vorming

van bladgroen, dus voor de groene, groeiende delen:

- Fosfor, P, van belang voor de ontwikkeling van de wortels,

voor de bloei en het ontwikkelen van vruchten en zaden.

- Kali, K, nodig voor bol-en knolgewassen, verhoogt ook de

weerstand tegen ziekte.

- Magnesium, Mg, nodig voor de vorming van bladgroen.

- Kalk, niet echt plantenvoedsel, maar onmisbaar voor de

bodem omdat het noodzakelijk is voor de vorming van

humus en daardoor de structuur verbetert.

Er wordt gewerkt met organische mest of anorganische mest

(kunstmest).

- Kunstmest, de bodem wordt niet verbeterd, alleen de plant

wordt bemest, die vervolgens uit z’n krachten groeit waardoor

de kans op ziekten toeneemt.

Door de geconcentreerde samenstelling is overbemesting een

groot risico, wat weer heel slecht is voor het milieu.

- Organische mest, o.a. niet geconcentreerde mest,

b.v. koemest, paardenmest, kippenmest, compost en

geconcentreerde mest, b.v. gedroogde koemestkorrels

Voor een gezonde bodem kun je alleen organische mest gebruiken.

Deze mest moet minstens 6 maanden oud zijn voor gebruik.

Je kunt er zo veel van gebruiken als je wilt, omdat de voedingsgehalten

naar verhouding laag zijn.

Voor een goede bemesting en bodemstructuur is het advies om in het

najaar kalk te strooien (goed inharken) en met een tussentijd van

minstens 6 weken organische mest toe te voegen

(net onder het oppervlak door de grond werken).

Compost bevat weinig voedingsstoffen maar is onmisbaar voor een

goede bodemstructuur.

Je kunt hier elk jaar grote hoeveelheden van kwijt in de groentetuin.

Geconcentreerde mest (korrels) kan scherp zijn,

net als verse mest en kan verbranding aan de wortels veroorzaken.

Het beste is om de korrels minimaal 2 weken voor het zaaien en

planten door de bovenlaag van de grond te werken.

RUI LBEURS

Beste tuinders,

Afgelopen seizoen hebben we op het complex

iets nieuws uitgeprobeerd:

een ruilbeurs met planten.

Op 26 mei willen we dit weer gaan organiseren.

Wat is de bedoeling: iedereen kan zijn overtollige planten,

stekjes of zaaigoed aanbieden. En om je kans te

vergroten nodigen we andere tuinverenigingen uit om ook te

komen ruilen.

- Om 10 uur verzamelen en je spullen neerzetten.

Je mag even bij je buren kijken maar niet beginnen met ruilen.

- Om 10.15 gaat er een fluitsignaal af, dat is het

startsein om te gaan beginnen.

Vaak is het ruilen met een 20 minuten klaar.

Als je het goed hebt gedaan zijn je overtollige planten,

stekjes e.d. weg en heb jij wat nieuws.

Het leuke hiervan is, dat je niets hoeft te kopen

en niets hoeft weg te gooien.

Na afloop willen wij nog even nagenieten onder het genot

van een bakje koffie of thee.

Kom ook ! ! En doe mee.

Met vele tuinders maken we er een leuk evenement van ! !

                                                                  Elly, Natasja

Eindelijk was het dan zover: Peter de Jong, werkzaam bij Landschap

Noord-Holland, kwam les geven in het snoeien van fruitbomen. Een

eerdere datum moest hij afzeggen omdat hij zijn hand gebroken had.

Nu konden we aan de slag en het weer paste erbij:

het was snoei koud, er stond een snijdende noordoosten wind.

Peter begon met ons goed te laten kijken naar de vruchtbomen,

takken en knoppen. Er is langlot en kortlot; kortlot gaat vrucht

dragen, langlot kan een waterlot zijn of een houttwijg.

Goed gesnoeid maakt een houttwijg het volgende jaar zijtakken en

kortlot. Snoei je weer, dan maakt hij het volgende jaar vruchthout.

Zo heb je vruchthout dat dicht bij de gesteltakken blijft. Een boom de

na het snoeien veel nieuw hout maakt kun je temmen door overtollig

hout uit te breken (niet knippen) en de takken uit te buigen tot

horizontale stand. Daardoor groeien ze minder hard en dragen

eerder vrucht. Op zich wordt de groeikracht van een boom bepaald

door de onderstam: let hierop bij het kopen van je boompjes.

De cursus fruitbomen snoeien

Na de koffie volgde het praktische deel, waar iedereen naar had

uitgekeken. Hoe zouden jouw bomen gesnoeid moeten worden en

vooral hoe zou hij die verwilderde fruitbomen aanpakken?

Het was spannend om te zien hoe Peter beredeneerde welke takken

je moest snoeien, inkorten of weghalen en welke niet. Hoe je een

mooie boomvorm overhoudt is een kwestie van ruimtelijk inzicht,

beeldhouwen eigenlijk. Zo gingen we van boom naar boom,

langzaam behoorlijk verkleumd terwijl Peter in een kort jack en met

blote handen nergens last van had. Een verwilderde appelboom was

het laatste lesonderwerp. Al snel stond er een heel andere boom.

Hierna was het pauze.We konden opwarmen.

Na een half uur kwam de middaggroep; die heeft het nog kouder gehad!

Van de lesstof was een samenvatting gemaakt. We kregen nog een

zakje houtas mee, als starter voor de nieuwe groei.

Een handzaam duidelijk boekje wat Peter adviseert aan mensen die

een boekje over snoeien willen aanschaffen is;

Fruitbomen snoeien, uitgever: Deltas, ISBN 978-90-447-08844

                                                                                        Martien

Eigenlijk heb ik helemaal geen tijd om ook maar iets te

schrijven voor De Vondelier, want ik moet het koningslied

oefenen, zodat ik op 30 april uit volle borst kan meezingen.

Fijn hé, dat saamhorigheidsgevoel dat er zo dik opgelegd wordt.

Net als “lach of ik schiet!”

Ik kan slecht tegen het opdringen van gevoelens door anderen.

“Wees saamhorig, het is 30 april!!”,

of “Zit niet te somberen over de crisis, koop een auto!!”

Mag ik hier nog even zelf uitmaken hoe ik mij voel of ga voelen!!

Wat krijgen we nou zeg!! Daar word ik wel zo pissig van!!

Enfin dan is dat in ieder geval gelukt, ik zit weer op de kast!!

Zijn “ze” nou gelukkig…………….?

En dat terwijl ik mij stellig heb voorgenomen mij niet op de kast te

laten jagen, op te winden, boos te worden of anderszins van slag te

laten brengen.

Ik heb pagina’s lang in De Vondelier zitten jeremiëren over gewassen

die opgegeten worden door biologische onverlaten, gewassen die

niet opgewassen waren tegen de klimaatsverandering (lees: kou en

regen), voortijdig vallende vruchten, omgewaaide stellages met

snijbonen. Onlangs had ik het nog over de bloemkool:

hoe kan ik de bloemkool afdekken met zijn bladeren om verkleuring

tegen te gaan als die bladeren veel en veels te klein zijn?

Nee, ik maak mij daar niet meer druk om.

Laat het maar gebeuren.

Mij krijgen “ze” niet meer over de rooie!

Tegen de snijboontjes aan de staken zeg ik:

“Door de regen en de wind

Zal ik naast je blijven staan

Ik bescherm je tegen alles wat komt

Ik zal waken als jij slaapt

Ik behoed je voor de storm

Hou je veilig zo lang als ik leef”.

Tegen de doperwtjes aan het gaas zeg ik:

“Ik zal strijden als een leeuw

Tot het jou aan niets ontbreekt

Hou je veilig zo lang als ik leef”

Tegen de natgeregende aardbeien zeg ik:

“En zal achter je blijven staan

Ik draag een vaandel met jouw naam

Geloof in jou zolang we bestaan

Ik bouw een dijk met m’n blote handen

En hou het water bij jou vandaan”.

Tegen de nachtschade op de tuin zeg ik:

“Laat me weten wat je droomt

Waar je hart zo naar verlangt

Ik zal niet rusten tot het waar geworden is

En als je ooit je weg verliest

Ben ik je baken in de nacht

Wijs je de haven in de duisternis”

Tegen mijn collega tuinders roep ik, leunend op mijn hark:

“Daar sta je dan

Ieder mens heeft een taak in dit leven

Alles gedaan om je voor te bereiden

Daar is het dan

Je belooft dat je alles zult geven

Iedere stap die je zette die leidde naar hier

En kijk om je heen

Wij lopen met je mee”.

Tegen het regenwormpje fluister ik:

“Een strijd, twee levens

We staan voor elkaar, niet te breken

Een vlag, twee leeuwen

Met elkaar in de zon en de regen

Zij aan zij, borst vooruit

Trots als een pauw, dit is ons geluid

En hoe klein we ook zijn

Onze daden zijn groot

Gaan niet onderuit

Voor jou, mijn kind

Voor m’n pa, voor m’n ma

Loop voor jou door de wind en regen

En zal achter je blijven staan”.

En als het tijd is om te oogsten, mijmer ik:

“Daar sta je dan

Je zag dit moment al zo vaak in je dromen

En daar is ‘t dan

De dag die je wist dat zou komen is eindelijk hier

Ben je er klaar voor?

Kun je dat ooit echt zijn?”

Zucht!…………………. was het maar alvast mei,

lekker naar Bevrijdingspop………

                                                            Fred