Beste tuinders en lezers,
Het tuinjaar 2013 is begonnen.
Een koude start als ik het weer in beschouwing neem.
De grond is verzadigd van water en dat is niet lekker spitten.
Nog maar even wachten op een droge periode,
dan gaat het allemaal wat makkelijker.
Thuis is het zaaien van groente en bloemen begonnen.
De eerste paprikaatjes laten zich als zien.
Nu de rest nog, want wie zaait ……….
De nieuwjaarsreceptie is door de leden goed bezocht.
Een avond om met medetuinders gezellig van gedachte te wisselen
over tuinieren en andere zaken. Een tuinder had een thuis ongelukje
gehad en kwam met een hoofdwond het verenigingsgebouw binnen.
Volgens de dames achter de bar zag het er niet goed uit,
met het gevolg een bezoekje aan de eerste hulp bij het ziekenhuis.
Ook dit jaar kunt u zich melden voor het frezen van de tuin.
Kosten € 15,- ongeacht het aantal vierkante meters.
06-18568547 of john.marianne@live.nl.
In de laatste bestuursvergadering zijn er een aantal festiviteiten geprikt.
Open dag WZZO op zondag 23 juni 2013.
Barbecue zaterdag 31 augustus 2013.
Noteer de data in uw agenda, verdere informatie volgt.
Zaterdag 9 maart start om 9.00 uur de
jaarlijkse algemene vergadering voor alle leden.
Mocht u verhindert zijn geeft dit bijtijds door aan onze secretaris !
Tot zaterdag.
Ik besluit dit bericht met de gebruikelijke woorden: Veel tuinplezier!
John van der Lubbe
Tijdens ons avondeten op vrijdag 16 december 2011
rinkelde de telefoon.
"Ik heb een tuintje voor je!" Het was Remco, de secretaris.
We mochten de tuin op zondag, 18 december bekijken.
Het was een koude, regenachtige winterdag, het waaide en regende
en de tuinen van het volkstuincomplex zagen er wat triestig uit,
gewoon zoals tuinen vaak in de winter er uitzien. Maar ik zag het
groen en de bloemen al voor mijn oog staan. Johan, mijn echtgenoot,
zag realistisch het vele werk dat op ons ging afkomen...
We hebben het tuintje overgenomen, na drie jaar op de wachtlijst.
Ik vond een tuintje van 200 m2 groot goed. In een grotere tuin zou
men wel wat meer bomen en bessenstruiken kunnen hebben, maar
misschien zouden we er nog veel langer op moeten wachten.
Dus, beter één vogel in de hand dan tien in de lucht!
Ik heb nog snel wat overgebleven bloembollen in de winkels gekocht
en op 1 januari was ik al bezig met ze te planten.
Ik ben wel een beetje geschrokken van het hoge grondwater.
Johan was bezig met alles af te meten om voor mij een plannetje
van de tuin te kunnen tekenen.
Uit de bibliotheek heb ik van alles aangesleept, wat mogelijk was,
ik heb ook twee boeken over ecologisch tuinieren cadeau gekregen
en ik zat wekenlang elke avond in bed over tuinen en
groente en klein fruit te lezen en te leren.
En te plannen waar wat komt te staan.
Er was zo veel te doen en er was zo weinig tijd – ik was met alles te laat.
Spitten - ja, als men in januari begint, de grond is nat en zwaar, drie
weken vorst en sneeuw in februari hebben ook alles vertraagd.
Eind maart moesten de aardappelen al de grond in.
Wortels, peterselie e.d. kwamen pas in april aan de beurt, gewoon
laat, maar goed. Verspenen zat er niet meer in – het onkruid was
sneller en dan wist ik niet wat de gewenste planten waren,
dus werd het maar afwachten, tot het uiteindelijk te laat was...
Gelukkig heb ik af en toe wat plantjes van vriendelijke buur-tuinders
gekregen, ik was er heel dankbaar voor.
Dan was het weer even schrikken, toen op een nacht vijf slaplantjes in
een rij verdwenen! Na wat rondvragen bij meer ervaren tuinders ben ik
te weten gekomen dat emelten de boosdoeners zijn, ze trokken de
plantje onder de grond en vraten de blaadjes op. De volgende dag zag
ik, dat ook de aardbeien, die ik in maart nieuw had aangeplant en die
goed waren begonnen te gedijen, wat slapper eruitzagen. Dus - dan
maar op zoek naar emelten! Op een mooie dag eind april heb ik op
emelten gejaagd: bij de aardbeien zaten er veertig of meer, soms
met zijn drieën aan de wortels van één plantje! Het was om gek van
te worden. Ik dood niet graag levende wezens – maar hier ging het
om mijn tuin of het ongedierte.
Ja, dan ben ik maar vastbesloten met twee bakstenen te werk gegaan. .
Het ging alles met vallen en opstaan – van de drie geplante boompjes
sneuvelden twee door woelmuizen.
De aardappelen bloeiden niet, maar desondanks hebben we bijna
drie maanden lekkere aardappelen gegeten.
De courgettes waren heel lekker, dat was een verrassing, omdat het
weer niet bijzonder warm of zonnig was. De aardbeien hebben in
augustus een heleboel lekkere vruchten voortgebracht.
En mijn (droog)bonen zagen er ook prachtig uit.
Ik dacht wel, dat ze in oktober nog rijp worden, dat lukte niet meer,
ze zijn thuis in plaats van te drogen begonnen te schimmelen.
Weer heb ik wat geleerd. Volgende keer beter.
We hebben oude ramen van onze vrienden gerecycled om
er een mooi klein kasje voor tomaten van te bouwen.
Het was al begin zomer, maar we hadden later toch wat
tomaatjes en konden ervan snoepen. De kweepeer heeft
misschien wel 15 kg vruchten voortgebracht – ik heb ze geprobeerd
op zeven of acht verschillende manieren in te maken. We zullen zien,
welke manier de lekkerste is.
En om niet te vergeten, er waren ook heleboel bloempjes
in de tuin, hoofdzakelijk veel Oost-Indische kers.
De twee aangeplante klimrozen waren verschillend – de rode
bloeide en groeide wel, de gele is misschien amper 10 cm
gegroeid….
Ik vind tuinieren heerlijk! Mijn oma had een tuin, mijn
tantes, nichten en wat later ook mijn ouders.
Ik heb dan meestal gewied en geoogst, toen heb ik spijtig niet goed
opgelet, hoe men moet zaaien en verspenen.
Toch probeerde ik tuinieren overal waar ik woonde- in bloempotten -
binnen en buiten, op balkons, op terras, in ons minituintje (ca. 20 m2)
en natuurlijk vond ik het dit jaar prachtig om in een echte tuin te
"spelen".
Dit jaar hopelijk beter!
Livia, tuin 55
Joepie
Onze tuinpoes is al kort nadat wij
ons nieuwe complex hadden
betrokken ook aanwezig.
Het is begonnen met een stukje brood te geven, dat ze toen heel
schuchter op ging eten, de volgende dag wilde ik gaan eten en kwam
tot de ontdekking dat mijn brood verdwenen was, het lege zakje lag
naast ons huisje.Vermoedelijk door de poes uitgepakt en het brood
opgegeten. Nu na dik 14 jaar is ze nog steeds aanwezig en wordt ik
elke dag door haar verwelkomt en mag haar verwennen met haar
dagelijkse portie eten, wat door haar aangevuld wordt door
eventuele verse muizen die ze vaak trots kwam laten zien.
Ze heeft een eigen onderkomen/thuis waar ze kan
schuilen voor de regen en andere weersinvloeden.
Dit onderkomen wordt ook wel bezocht door passanten zoals
eksters en ander loslopend wild.
Je merkt dat ze nu ouder is geworden en net als wij mensen, ook
ouderdomsverschijnselen begint te vertonen. Zo is ze doof aan het
worden, ze zakt iets door de achterpoten en ander ongerief, jammer
maar helaas. Ze geeft ons elke dag op een bepaalde manier haar
liefde en wij hopen nog een tijd van haar te mogen genieten.
P.S.:
Nadat Evert dit geschreven had in december,
mailde hij de redactie in februari het volgende:
Yvonne,
tijdens het maaien van het riet toen er ijs op de sloot
lag. Het was nog best een beetje spannend, met een
hoop gekraak en bij de tuin van Henk Klaassen is ze er
zelfs doorheen gezakt. Daarna heeft ze warme thee
gedronken met onze voorzitter, die bij de actie
een handje toegestoken heeft. Wat zijn dit toch een actieve
mensen op ons complex.
Beste, hoe zal ik jullie noemen, medetuinders of tuinders?
Voor mij zijn er verschillende redenen om wat te schrijven in ons
verenigingsblad “De Vondelier”. Dit alles omdat ik genoodzaakt ben,
na zo’n 25 jaar, met tuinen te moeten stoppen. Al jaren maakt de
artrose het mij moeilijk om op de tuin dat te doen, wat je moet doen
en dan moet je uiteindelijk de moeilijke beslissing toch nemen.
De laatste 3 jaar hebben diverse tuinmaten mij op allerlei manieren
geholpen te proberen dat ik zo lang mogelijk nog mijn tuin zou
kunnen behouden.
Maar in oktober moest ik hen laten weten, dat ik echt niet meer kon.
De namen van deze mensen zou ik hier heel dik geschreven willen
hebben, maar dat doe ik maar niet, want stel dat ik iemand zou
vergeten. Dat zou hij of zij niet verdiend hebben.
In mijn persoonlijke relatie tot hen, weten zij wel, wie ik hier bedoel.
Dit zijn voor mij, maar ook voor de vereniging, de mensen met een
gouden hart. Ik ben hen allen zeer dankbaar voor wat ze voor mij
gedaan hebben en dat weten zij ook.
Hier kunnen we toch wel over sociaal zijn spreken, dacht ik zo !
Het juiste jaartal dat ik ging tuinieren op noord, is voor mij niet meer
duidelijk te herinneren. Ik denk zo…. 1983-1984? Ik kreeg toen een
kleine tuin aan de Vondelweg toegewezen, die net was vrijgegeven.
De onderwijzer was er mee gestopt. Met veel enthousiasme en
eigenzinnigheid (ja, sorry hoor), zo staan volkstuinders nou eenmaal
bekend, ging ik deze tuin op mijn manier op orde brengen en dat was
voor deze jonge aankomende tuinder wel nodig.
Er stond géén huisje of schuurtje op, dus keek ik in mijn spaarpot van
toen en liet een betonnen schuurtje plaatsen.
Daarna de rest van deze verwildering diep omgespit.
De onderwijzer had bij zijn weggaan, alles netjes opgeruimd, zo had
men mij verteld. Maar niets was minder waar. Hoe dieper je ging
spitten, hoe meer glas, ijzer en plastic kwam er te voorschijn.
Deze opvoedkundige man, is bij mij nog wel een tijdje in mijn
herinnering gebleven! Tegenwoordig zou je aan deze
opruimpraktijken toch niet meer durven denken, nee toch?
Ondanks alles heb ik daar leuke jaren gehad, totdat we, na vele jaren
wachten, het groene licht kregen om te kunnen verhuizen naar waar
we nu zitten aan de Spaarndamseweg.
Wanneer en in welke omstandigheden zal ik u besparen, want hier is
in het verleden al heel veel over geschreven en verteld en aangevuld
met vele gemaakte foto’s, die voor zichzelf spreken.
Wat was ik blij dat ik tuin nr 6 van 350 m² toegewezen kreeg. !
Vanaf die tijd tot aan eind 2012 was dit mijn domein, althans,
zo was het al die tijd in mijn beleving.
Gewoon een stukje aarde op deze wereldbol van ongekende waarde
Natuur, rust en ontspanning brengt je, als je dit toelaat, in een klein
aards paradijs en die omstandigheden zijn voor ieders lichaam nou
net waar iedereen dringend behoefte aan heeft in deze soms zo harde
en dwaze wereld.
Dan ook nog eens, niet te vergeten, welke rol de mens
speelt in dit hele tuingebeuren. Ik zeg maar, begin bij jezelf,
stel je open naar iedereen en ben bereid met allen een zo goed
mogelijke sociale gemeenschap te vormen en te onderhouden.
Ik heb geprobeerd hieraan een stukje bij te dragen.
Of dit gelukt is, is aan u.
Buiten het bewerken van de grond, heb ik ook op andere manieren
geprobeerd dienstbaar aan de vereniging te zijn.
Ik heb in de winkel gestaan, was een aantal jaren lid van de
werkcommissie en heb vele jaren in de redactie van de Vondelier
gezeten, waarvan ik de interviews het mooiste vond.
Door deze interviews probeerde ik de tuinders bij andere tuinders
bekend te maken, wat hun achtergrond was, hun werk enz.
Men gaat zo langzamerhand weer plannen maken voor het nieuwe
seizoen, waarbij ik jullie weer heel veel plezier toewens met nog vele
goede jaren.
Wat eens mijn dierbaarste tuinplek was, daar gaat Harry Vis nu in zijn
stijl en ontwerp verder. Ik ben ervan overtuigd, hem kennende, dat
het er mooi en verzorgd uit komt te zien. Van hem en vele anderen
heb ik uitnodigende toegangsbewijzen ontvangen voor de komende
jaren en daar zal ik, als ik geen regenpak nodig heb, dankbaar
gebruik van maken. Op deze manier kan ik toch nog van jullie en het
mooie tuincomplex genieten !
Hartelijke groeten van Joke en Bas Mantel.
In het kader van de bijzondere planten uit onze tuin
waar ik over wil vertellen, heb ik het de vorige keer
gehad over Heelblaadjes en twee aanverwante soorten.
Deze keer stap ik met jullie over naar een heel andere
familie, die van de lipbloemigen, waartoe bijvoorbeeld
Dovenetel en Zenegroen behoren.
Blauw- Tros- en Klein Glidkruid
Lipbloemigen hebben voor zover ik weet allemaal een vierkante
stengel, de bladeren staan om en om tegenover elkaar en de
bloemen hebben dus ‘lippen’. De bij of de hommel landt op de
onderlip, wandelt de bloem binnen op zoek naar nectar, waarbij de
‘bovenlip’ met het stuifmeel de rug van het insect raakt, die daarmee
weer andere bloemen kan bestuiven. De bloem kust als het ware
zacht en teder het insect met het oog op zijn eigen voortplanting.
Romantisch, hè.
Nu het Glidkruid.
Dat is een beetje anders gebouwd dan de meeste lipbloemigen.
De bloemen staan namelijk niet in kransen om de steel, zoals dat bij
Dovenetel goed te zien is, maar richten hun bloemen naar éen kant.
niet meer dan twee per etage.
Op het plaatje is dat goed te zien.
Het Blauw Glidkruid (scutellaria galericulata) zagen Bernd en ik voor
het eerst in Middenduin. Daar stond op een kruising van sloten, onder
de lichte beschaduwing van een vochtig berkenbosje, een prachtige
pol jaar in jaar uit te bloeien, tot….het duin ter plaatse vergraven
met goede bedoelingen overigens, men wilde de natuurwaarden
versterken. Maar de pol Glidkruid was weg en daarmee de enige voor
ons bekende vindplaats hier in de omgeving. Wat niet wil zeggen dat
het er ook niet is, sterker, het moet in de omgeving staan, want ….......
op een mooie dag zie ik onder onze Boskoop een plantje staan,
ik kijk nog eens goed, en bliksem: het is Blauw Glidkruid!
Op ‘eigen’ gelegenheid heeft het onze tuin opgezocht.
De zaden van Glidkruid zijn behaard en worden verspreid
door vogels of zoogdieren. Grote kans dus dat het ergens in
de Hekslootpolder te vinden is, misschien in de rietvelden,
een van de biotopen waar het te vinden is.
Onlangs maakten we vanwege de 95-jarige verjaardag van iemand
een boottochtje door de Haarlemse grachten en aan de Leidsevaart
zag ik iets staan dat ik vanwege de afstand niet thuis kon brengen.
Was het…? De bloempjes van Blauw Glidkruid zijn maar klein, de
boot was in beweging, dus de andere dag ben ik vanaf de wal gaan
kijken en plat op mijn buik op de kade liggend plukte ik een stukje
Blauw Glidkruid !
In de Flora van Weeda zag ik dat hij bijvoorkeur groeit op stenen en
houten beschoeiingen en op rottende palen.
Daarom kwam hij misschien ook onder onze Boskoop, het perk waar
die in staat wordt afgegrensd door oude houten balken en vandaar
uit begon ook zijn opmars.
Klein glidkruid
Wat helaas niet in onze tuin staat, en er ook nooit zal staan, is het
Klein Glidkruid (scutellaria minor). Het is een rode lijst soort,
die geloof ik hier in de omgeving ook niet te vinden is.
Het zou nog op Texel gevonden worden, en ook in het oosten en
zuiden van ons land. Ik heb het nooit gezien.
Trosglidkruid
Dan het trosglidkruid (scutellaria columnea): dit is een uitheemse
variant van het glidkruid, die in de duinen op enkele plekken verwilderd
te vinden is. Hij draagt rose-paarsige bloemen en heeft veel steviger
stengels dan het Blauw Glidkruid, dat juist nogal slappig gebouwd is.
Zaad ervan heeft Bernd in onze vochtige achtertuin in de
Reigerstraat laten ontkiemen en de planten hebben
het er al jaren in de volle schaduw naar hun zin.
Tenslotte:
In Weeda vond ik ook een afbeelding van het
Glidkruidhaantje,een prachtig beestje,
dat ik helaas nog niet gevonden heb, maar
ik heb er ook nog niet zo naar uit gekeken.
Het is een insect dat speciaal aan Glidkruid
gebonden is. Als ik hem zie zal ik het melden.
Mocht je ergens een van de Glidkruiden weten te staan,
of zie je dat mooie haantje, wij horen het heel graag !
De volgende keer het Knopig Helmkruid?
Dick en Bernd, tuin 39
Langzaamaan beginnen de activiteiten op de tuin weer opgestart te
worden. De routinier heeft natuurlijk iedere maand iets om handen
op of bij de akker, de minder fanatieke tuinders genieten al enige
maanden van hun rust nu de natuur ook tot rust gekomen was.
Die rust begint echter over te raken. Ik weet niet hoe ik het moet
uitleggen, maar er zit weer iets in de lucht, net als vorig jaar en de
jaren daarvoor. Je voelt het, je ruikt het en je hoort het.
’s Avonds is het langer licht en de vogeltjes laten meer en meer van
zich horen in de ochtend. Bij ons staan de eerste zaaibakken,
de propagators, al weer in de vensterbank met tomatenzaad.
“Zo, de kop is er af!”, zeggen we dan, “het seizoen is geopend”.
Bij het vaste openingsritueel hoort m.i. ook altijd de jaarvergadering,
Vroeger (hoor mij nou!) werden na de jaarvergadering de bestelde
uien, aardappelen en sjalotten uitgereikt en dan was het seizoen voor
mijn gevoel pas echt begonnen. Als het weer mee zat, konden de
bestelde pootgoederen meteen na de vergadering de grond in en was
de jaarvergadering een hinderlijke rem op die geplande activiteiten.
Op de jaarvergadering heerst ook altijd een voorjaarsonrust.
Iedereen zit verplicht opeen, want o wee je gebeente als je niet
verschijnt zonder legitieme reden, je bent zo je tuintje kwijt.
De ene tuinder zit de tijd uit, de ander wil zijn gram kwijt van het
afgelopen jaar, en weer een ander vindt het allemaal wel gezellig en
de koffie voortreffelijk. Zie daar als bestuur maar eens een homogene
vastberadenheid uit te destilleren die zorg draagt voor uitgebaggerde
sloten, tuinhekken die op tijd gesloten worden en volwaardige
werkploegen op de zaterdagochtend die slagvaardig kunnen
optreden tegen scheefliggende tegels, overwoekerde schelpenpaden,
volgroeide sloten, uitpuilende composthopen, opvliegende fazanten
en knagende hazen en een overvloed aan regen. Het gonst.
Ook in de tuincentra’s die ik deze week weer voor het eerst dit jaar
bezocht heb. Nou ja, de kerstuitverkoop daargelaten en oh ja, de
kortingsactie in januari van Groenrijk op de zaden, ook erg aantrekkelijk.
Eigenlijk komen we veel in tuincentra’s, eigenlijk zomer en winter,
voor- en najaar. Eigenlijk is het een verslaving, dat tuincentra bezoek.
En als je zelf niet fysiek naar een tuincentrum gaat is er op TV wel weer
een of andere man met zwarte nagels en een tuinbroek die met een
cameraploeg en gewillig slachtoffer weer een fletse orchidee of
U merkt, de stemming begint om te slaan bij mij. ’s Winters moet het
huis in de verf gezet worden in de trendy kleuren van 2012/2013 en
de commerciële zenders promoten via klusprogramma’s iedere
bouwmarkt die je maar kan bedenken, ieder verfmerk, ieder stukje
hout, iedere bout, schroef, schuurmachine en boor.
Niks mis mee, iedereen moet een boterham verdienen.
Maar het is toch te gek voor woorden, dat als het seizoen geopend is,
de ramen en deuren voorzichtig weer op een kiertje staan, je eindelijk
weer af en toe een half uurtje buiten kan zitten, de buurman zijn
pasgekochte klusapparatuur in de contactdoos plugt en er lustig op los
begint te schuren, zagen en boren. Gedaan met de rust.
Al die tuinverbouwingen op TV bewerkstelligen hetzelfde.
Heeft U vroeger een amateurtuinder met een lapje grond van ca 50 m2
ooit met een bladblazer in de weer gezien. Ooit een amateurtuinder
met één boom in z’n achtertuin bezig gezien met een motorzaag ?
Zelfs die twee strekkende meter Ligusterhaag moet motorisch
onderhanden genomen worden, liefst met veiligheidsbril, enorme
oorbeschermers en bijpassende kleding!!
Ook iets van deze tijd: het terras schoonspuiten met een Kärcher ! ! !
De buurt zal zien wie hier het alfamannetje is en wie wat gekregen
heeft voor Vaderdag ! ! Rustig Fred, denk om je rikketik.
Wel daar gaat het dus om: rust. Het is niet nodig ieder jaar in en om
het huis de boel anders te kleuren, een boomtakje laat zich makkelijk
met een snoeischaar verwijderen en vroeger werden meters heg
geknipt met zo’n ouderwetse heggenschaar. Ook goed voor de
bovenarmen. Overzichtelijke grasveldjes werden met de grasschaar
kort gehouden. Iets grotere veldjes met de handgrasmaaier.
Wat een heerlijk geluid is dat! De grasschaar: “snip, snip, snip”, “snip,
snip, snipper-de-snip, snip”. Dat is het geluid waarvan ik tot rust kom.
Ooit wel eens in slaapgevallen op de stretcher bij het luisteren naar
zo’n grassproeier met een “tik”-mechanisme.
Ga de tikken maar tellen en je bent zo vertrokken.
Tuinieren is een activiteit, maar ook ontspanning, onthaasten.
Een balans tussen rust en werken, natuurgeluiden en stilte en daar
past een 2-takt motor maar zelden tussen.
Behalve doordeweeks en op zaterdag tot 11.00 uur (of zoiets).
Toch nuttig, zo’n jaarvergadering, dan worden daar tenminste
spijkerharde afspraken over gemaakt.
Fred
WZZO © 2015 • F.H.M. Schoot Uiterkamp