www.wzzo.nl
De bes
De zwarte bessen-roest is een schadelijke schimmel die in de
zomermaanden verschijnt op de onderkant van het blad.
Eerst zie je gele, later bruine sporenhoopjes.
De schadelijkheid bestaat daarin dat het blad al vroeg zijn werk
niet meer kan doen en voortijdig afvalt.
Dan verzwakt de plant uiteraard, want de plant heeft het blad
nodig om zichzelf in stand te houden. Rode bessen hebben geen
last van de schimmel, alleen zwarte bessen.
De den
Wat heeft de den er mee te maken? De zwarte bessen-roest leeft in
de zomer op de zwarte bes en verhuist in de wintermaanden naar
bepaalde dennensoorten, en wel dennensoorten waarvan de
naalden in vijftallen bij elkaar aan de tak zitten.
Dat is gemakkelijk vast te stellen, de meeste dennen zijn tweenaaldig
en zitten in groepjes van twee aan de twijg; die zijn onschuldig.
Het gaat alleen om vijfnaaldige dennen.
Op die dennen zit de schimmel dus in de winter en verhuist in de
zomer weer terug naar de zwarte bes.
De schimmel is zowel schadelijk voor den als voor bes.
Als er geen zwarte bes in de buurt is wordt deze dennensoort niet
aangetast, en als deze dennensoort niet in de buurt is wordt de zwarte
bes niet aangetast; de schimmel heeft beiden nodig om te overleven.
Een paar vragen aan u
Ik heb op het complex al rond gekeken of ik ergens een vijfnaaldige
den zag staan, maar vanaf het pad is natuurlijk niet alles te zien.
De eerste vraag is dus: weet u er een te staan?
De tweede vraag is: heeft u ook zwarte bessen met deze aantasting?
Als u zwarte bessen heeft zonder deze aantasting zou ik dat graag
willen weten, want dat zou betekenen dat er een resistente soort is.
Als u twijfelt of uw zwarte bes deze aantasting heeft kom ik graag
even kijken.
Let op, een den is geen spar! Een spar is zeg maar een kerstboom.
Een den ziet er zo niet uit. Twijfelt u, kom ik graag even kijken.
Tot slot:
Als tuinliefhebber/fruitliefhebber heeft u thuis vast wel
wat literatuur staan, in veel boekjes is dit verhaal terug te vinden,
ook in bomenboekjes.
Zoekt u op internet kunt u misschien zoeken op: cronartium ribicola.
Zei Fred Bakker het al niet in het vorige nummer:
'Lekker ontspannend, hè, dat tuinieren. Rot natuur'.
Dick, tuin 39
In de serie interviews met leden die zich naast het tuinieren
bezig houden met beeldende kunst deze keer een interview met
Wanneer en waar is je belangstelling voor tuinen ontstaan?
Eigenlijk al toen ik heel jong was.
Ik ben geboren en opgegroeid in Drenthe.
Wij hadden daar een grote bloemen-, moes- en “speel”tuin,
dus genoeg ruimte om de natuur en dingen te ontdekken.
Wat zijn de plannen die je hebt met de tuin?
De bedoeling is om er een heerlijke recreatietuin van te
maken, plus een kleine moestuin.
We hebben een gedeelte graszoden neergelegd,
dan zie je meteen resultaat en krijg je een idee
hoe de tuin eruit gaat zien.
Wil je bijzondere gewassen of bloemen kweken?
Nee, niet echt. We zijn nu bezig met het zaaien en planten van
de dingen die we leuk vinden, maar een volgende zomer kan
dat heel anders zijn.
Wat doe je in het dagelijks leven?
Ik werk bij een vriendin in de horeca.
Je schildert, kun je daar iets over vertellen?
stukken roest, alle materialen eigenlijk die wat te vertellen
Schilderen is mijn passie, maar ook mijn werk.
Vooral in de winter zit ik in mijn tuinhuisje te schilderen.
Ik ben een materieschilder, dat wil zeggen dat ik met
materialen op het doek werk, zoals mooi oud hout of planken,
hebben, een leven achter de rug hebben. Ik wil ze op het doek een
tweede leven geven. Ik verwerk de materialen op het doek en schilder
vervolgens met acrylverf tot het gewenste resultaat. Mijn doel is om dan weer
een nieuw verhaal te vertellen.
Exposeer je je werk ook?
Meestal heb ik 1 à 2 keer per jaar een expositie van mijn werk.
De laatste keer was in januari; toen had ik een grote expo in het
Fort Gallery Spaarndam, en dat was een groot succes!
Jullie zijn nu al een poosje lid van deze vereniging.
Heb je nog tips voor de commissies en het bestuur?
Wat vind je van ons complex?
Ik vind dat we een prachtig complex hebben waar we trots
op mogen zijn, ook om de unieke locatie.
Misschien als tip om wat meer aandacht en inleving te hebben
voor mensen die met tuinvragen of problemen komen.
Eigenlijk een beetje minder vanuit het hoofd maar meer vanuit het hart!
Op de vraag uit “De Vondelier”, nummer 5, zijn weer diverse
oplossingen binnen gekomen. Hiervoor onze hartelijke
“Welke plant zag u op de foto”?
Diverse oplossingen kwamen voorbij waarbij de stokroos het meeste
scoorde maar ook de Vitus deed het goed. En dat was de plant, die
Gerard op de gevoelige lens had vastgelegd. En zijn foto was niet op
z’n kop afgedrukt! U zag op de foto een trosje druiven in wording.
Uit de goede inzenders hebben wij een winnaar getrokken.
Wij wensen Jos van tuinnummer 68, heel veel plezier
met zijn uit te kiezen prijs; een zak tuin/pot of zaaiaarde.
De commissie van “Wie weet het…..”, zal binnenkort de waardebon
komen overhandigen. Uiteraard komt een foto van deze uitreiking in
een van de volgende uitgaven van “De Vondelier”.
Wilt u de nieuwe prijsvraag-foto op de website bekijken dan
adviseren wij u om ongeveer 10 dagen na aflevering van dit boekje
even te kijken op onze website www.wzzo.nl.
De nieuwe prijsvraag:
Je bent als tuinierder/ster altijd wel in de weer op je tuin, schoffelen,
knippen, oogsten en kijken naar planten en dieren en soms verbaast
de natuur je enorm. Het is maar goed dat ik er een foto van heb
genomen en mijn vraag aan u is:
“Welke vogel heeft deze eieren gelegd”?
Denkt u het juiste antwoord op deze vraag te weten, zet die dan op
papier samen met uw naam en tuinnummer en stop uw antwoord in
de postbus van tuinnummer 80.
Uit de goede inzenders wordt een winnaar getrokken en zij/hij
ontvangt de prijs die door het bestuur ter beschikking wordt gesteld.
Overigens zijn meerdere inzendingen toegestaan.
De waardebon ontvangt u van de commissie,
die alle inzendingen bestudeert, t.w. Gerard, Yvonne en Cocky.
Uw waardebon kunt u inwisselen in onze tuinwinkel.
Wij kijken uit naar uw oplossing! Heel veel succes!
De winnaar van deze vraag zullen wij in een van de volgende
uitgaven van “De Vondelier” vermelden, samen met een nieuwe
vraag.
Cocky
Het is bijna gebeurd met de voorraad, als u nog wat wilt hebben,
wees er snel bij, want pas begin december wordt alles weer
aangevuld. Om kou-gevoelige planten af te dekken, hebben we
tuinturf en turfmolm.
Weet u trouwens, dat blauwe bessen zure grond moeten hebben ?
Een baaltje tuinturf erbij strooien is heel goed.
Kompostversneller laat tuinafval sneller verteren, zodat er vlugger
weer plaats is in composttonnen
Lida
Voor de kok (geen zwart stukje gezien op het vlees), voor de maker van het koude
gebeuren (overheerlijk), voor het barpersoneel (ondanks de jeugdige leeftijd
zeer professioneel). We hebben de B.B.Q. van vrijdag 21 augustus j.l. als prima
verzorgd ervaren. Een zeer tevreden deelnemer.
Afgelopen winter heb ik verteld van de problemen met onze tuinkabouter met gele muts. Hij had allerlei kattekwaad uitgehaald en was verdwenen.
Ik kan nu gelukkig melden, dat hij terug is. Hij heeft excuses gemaakt,
dus wat mij betreft, is alles weer in orde.Waarschijnlijk heeft hij in
een internaat gezeten, (daar laat hij zich verder niet over uit). Heeft
goed te eten gehad, is gegroeid en heeft een tevreden gezicht. Het leukst
is nog, dat 'ie nu een bezem in de hand heeft, wat aangeeft niet te beroerd
te zijn om een handje te helpen. Eén ondeugd heeft hij nog, iedere keer als ik langs loop fluit hij naar mij. Maar ja, wat wil je, in een internaat, jongens
onder elkaar!!! Lida
Ongeveer drie jaar geleden wilden de overheden de amateurtuin
complexen meer bij de aanliggende wijken betrekken. Dit werd op
verschillende manieren duidelijk gemaakt, hetzij via bestemmingsplannen
of als wens geuit in huurcontracten en via het A.V.V.N.
In Haarlem gebeurt dit al bij de complexen aan de Boerhavelaan.
Het idee om dit doormiddel van wandelpaden te doen tussen Z.W.N.
en W.Z.Z.O. werd toen geboren. Maar hoe pak je dit aan?
Er moet natuurlijk draagvlak zijn bij die tuinbesturen. Dat was er.
Om die paden te beheren of het verbeteren daarvan moet je
aankloppen bij de gemeente. Ook hier moet je behalve ambtelijke
steun ook politieke steun zien te vinden en je komt helemaal verder,
als ook andere belanghebbenden positief gaan meewerken.
Aangeklopt met het plan bij mevrouw Langenacker, raadslid P.v.d.A.,
die veel contacten heeft bij wijkraden en positief staat tegenover het
plan, zijn wij samen op pad gegaan.
Resultaat: iedereen wilde meedoen, van recreatieschap tot dorpsraad
Spaarndam, Tuinverenigingen en wijkraden.
Vervolgens is er een voorontwerp gemaakt en uitgedeeld aan een
ieder. Wederom vergaderen. Veilige oversteekplaatsen aangeven.
Boerenlandpad van oost naar west door de Hekslootpolder werd
afgewezen. Hetzelfde voor een noord naar zuid verbinding over de
boerenerven langs de Vergierdeweg: werd in de koelkast geduwd.
Langs en in Spaarndam kwamen bestaande voetpaden in beeld.
Kortom, het werd niet alleen een verbinding tussen de tuinen,
er kwam door inbreng van verschillende enthousiaste deelnemers
steeds meer bij.
Uiteindelijk hebben alle partijen, ongeveer 8, elkaar gevonden.
Grofweg loopt het buitenste pad vanaf de Vondelweg hoek
Spaarndamseweg langs de hele Spaarndamseweg en gaat voor
Machinebrug (gemaal) tussen en langs de bunker naar het
Vissereinde en vandaar richting Z.W.N. langs Slaperdijkweg over het
complex van Z.W.N. naar de Vondelweg. Langs een nieuw aan te
leggen pad aan de noordkant van de Vondelweg de Vergierdeweg
oversteken, bijzonder discussiepunt op dit moment, naar een aan te
leggen pad wat op het fietswandelpad aansluit richting startpunt.
Dit is dus de buitenring en grootste afstand. Maar er is meer.
Het volgende stukje gaat over het ambtelijke proces en de
dwarsverbindingen. Willem
Er zijn van die perioden dat onze gewassen en gazons
worden belaagd door ondergronds gespuis waar wij
niet meteen de grote verdwijntruc voor weten.
Maar wanhoop niet, er schijnt licht aan de horizon
omdat er een manier opgezocht is om het tij (zelfs op
een biologisch verantwoorde manier) te keren!
Nadat er om onduidelijke reden geleidelijk bruine plekken in het
gazon zichtbaar worden, kunnen we er in de meeste gevallen
van uit gaan dat de oorzaak gezocht moet worden in de
aanwezigheid van engerlingen en (of) emelten.
Om deze ongenode gasten uit ons gazon te laten verdwijnen, ben ik
op zoek gegaan naar info . Omdat de chemische bestrijding met o.a.
een product van Bayer niet in de lijn ligt van ons volkstuin gebeuren,
is een milieubewuste vorm natuurlijk het alternatief .
Al doende heb ik de volgende mogelijkheid gevonden, namenlijk
1. Biologische bestrijding door gebruik te maken van
Insectparasitaire Nematoden
De Nematoden, ook wel aaltjes genoemd (niet te verwarren
met schadelijke parasitaire aaltjes), zijn microscopisch klein
en leven in symbiose met een bacterie.
Eenmaal in de bodem uitgezet zoeken ze de emelten op en dringen
de emelten binnen. Eenmaal binnen scheiden de nematoden een
bacterie af, die de emelt doodt.
In de dode emelt ontstaat een nieuwe generatie Nematoden
die op zoek gaan naar nieuwe emelten om ze te infecteren.
Insectparasitaire Nematoden kunnen niet lang zonder een
“gastheer”overleven.
Zijn er geen prooien meer, dan sterven de Nematoden.
Wat zijn Emelten
Emelten zijn grauwgrijze larven van langpootmuggen .
Het is een taaie, grauwe pootloze larve zonder duidelijk zichtbare kop.
Van deze kop zijn alleen de monddelen zichtbaar.
Emelten hebben in tegenstelling tot Engerlingen, waarmee ze vaak
worden verward, geen poten.
Emelten hebben vijf verschillende larvenstadia.
Ze verblijven voor het grootste deel van dag in een ondiepe
verticale gang. ’s Nachts komen ze naar boven en vreten dan
aan de bovengrondse delen van de planten.
Emelten vreten dus niet aan de wortels van het gras, maar hebben
voor hun voeding de bovengrondse delen van het gras nodig.
Rond de gang van een emelt in het gras ontstaat een kaal plekje.
Ook kunnen emelten het gras afknippen en naar onderen trekken in
hun gang. Soms steekt er een stukje gras uit het holletje wat enige tijd
later is verdwenen, omdat het van onderen is weggevreten.
In het gras komen een vijftal verschillende soorten voor,
waarvan de Tipula paludosa de belangrijkste is.
Tapula paludosa geeft een generatie per jaar. De muggen van deze
soort vliegen vanaf begin september tot begin oktober.
Tapula oreacea komt wat minder vaak voor, maar in sommige jaren
kunnen ze talrijk zijn. Deze soort heeft twee generaties per jaar.
De eerste generatie muggen vliegt in mei, de tweede vanaf half
augustus tot half september,vooral de emelten van de eerste
generatie kunnen schade doen in de zomer (golfgreens!)
Als de vlucht van de langpootmuggen begint, zien we de lege
pophuidjes boven het kort gemaaide gras uitsteken.
In gazons kunnen aantallen van 200 á 300 per vierkante meter
schade veroorzaken. Sommige planten die aan het gazon grenzen
kunnen ook aangetast worden.
De emelt is voor de schade maar deels verantwoordelijk;
dieren als vogels en mollen lusten graag emelten en jagen er op
door het gras om te ploegen.
Wordt vervolgd, i.v.m. de lengte van het artikel.
Rob (tuin 29)
Als ik dit schrijf zijn wij net twee weken terug van een
heerlijke vakantie in Italië, om precies te zijn Ligurië.
Ligurië is het gebied grofweg tussen de Middellandse Zee
(de Bloemenriviéra), de Franse grens, onder Turijn
en vóór Toscane. Capice?
Het is een bergachtig, dunbevolkt, gebied met een prachtige natuur,
vele pittoreske middeleeuwse dorpjes en uitzichten waar je nog
maanden van kan dromen. Wij mochten er twee weken verblijven in
een huisje onderin een dal, dat alleen te bereiken was via een smal
weggetje van zand en keien langs behoorlijke ravijnen en met flinke
haarspeldbochten. En dat in de eerste versnelling, gedurende een
kwartier. Niet echt “om de hoek” dus! Maar als dat achter de rug is
heb je ook waar voor je geld. Rust en stilte, een prachtig uitzicht op
bergen en dalen. Twee weken zon en warmte in “the middle of
nowhere”. De gastvrouw bewoont het hoofdverblijf, wij logeerden in
een van de bijgebouwen, een smakelijk omgebouwde stenen schuur
voor de hooiopslag en kaasmakerij. Bij dit alles hoort een grote
moestuin, die in de vorm van meerdere terrassen tegen de
berghelling was aangelegd. Een terras voor de tomaten, een voor de
aubergines, een voor de boontjes, een voor de paprika’s, etc. etc.
Dit alles groeide zonder hulp van kas of glasbescherming. Gewoon
lekker in het zonnetje gedurende een groeiseizoen, dat ergens in
maart begint en loopt tot oktober/november. Hier kunnen wij,
W.Z.Z.O.-ers, slechts van dromen. Verder kenmerkt de streek zich
door de olijventeelt en de olijfboom is dan ook prominent overal
aanwezig.
De gastvrouw kookt vier maal per week voor de gasten en alle
ingrediënten komen vers uit eigen tuin. Alles wordt zelf bereid: pesto
(Ligurië is bekend om deze lekkernij en nergens vind je pesto die
beter smaakt!!) van basilicum uit eigen tuin, Salade Caprese van
tomaten uit eigen tuin, wederom basilicum uit eigen tuin en
Mozzarella (niet uit eigen tuin), Salsa Verde van peterselie uit eigen
tuin, gerechten met courgettes uit eigen tuin, met aubergines uit
eigen tuin, fagiolini uit eigen tuin, aardappeltjes uit eigen tuin,
pepertjes uit eigen tuin, paprika’s uit eigen tuin en dat alles royaal
besprenkeld met olijfolie, jawel: uit eigen tuin. Het brood wordt zelf
gebakken, de pasta wordt zelf gemaakt, zelfs de likeurtjes
(Limoncello!!) zijn van het huismerk. Het nagerecht (Dolce), en Italië
kent er vele bekende, is van eigen makkelij: Panna Cotta, Semi
Freddo, Zuppa Inglese (Trifle), Tiramisu, niks uit een bakje, zakje of
potje uit de supermarkt, zelf maken! Trouwens, de dichtstbijzijnde
supermarkt is een uur rijden van onze locatie, dus waar heb je het
over. Wij hebben kennis gemaakt met en mogen proeven van de
ideale moestuin: een lang groeiseizoen, veel zon erboven met
navenante warmte (de eerste week was het tegen en over de veertig
graden…..), prachtige groentes, heerlijke kruiden en vruchten met de
smaak van vroeger. Oogsten wat je nodig hebt en hup in de pan
ermee. Last van kweek, pispotten, perzikkruid en ander “vuil”?
Welnee, té droog en té warm. Dat is met recht zaaien en oogsten.
Succes verzekerd! Maar goed, na twee weken was het uit met de pret
en terug naar Nederland. De thermometer in de auto zakte weer,
uiteraard viel de regen met bakken naar beneden en stonden wij bij
Eindhoven en bij Utrecht en bij Amsterdam en bij Haarlem weer
lekker in de file. Dit seizoen liepen wij constant achter met de tuin.
Was het een mooi weekend, hadden wij verplichtingen elders, was
het een regen-week-end hadden wij geen verplichtingen elders.
Het was zo’n seizoen van: als we werken is het mooi weer, zijn we
vrij, dan regent het. Het onkruid was er blij mee en zo hebben wij een
nieuwe “code” op de tuin gehoord. Als het dan een keer mooi weer
was en wij de moed verzameld hadden om “het vuil” op de tuin te lijf
te gaan, werd de vraag gesteld: “Zijn jullie met vakantie geweest….?”
Met andere woorden: je tuin ziet er niet uit!! “Nee, regen, werken,
druk,druk,druk, etc., etc.” was steevast onze reactie. Als nu de vraag
wordt gesteld: “Zijn jullie met vakantie geweest?” en de tuin oogt als
een braakliggend terrein, dat jaren ligt te wachten op bodemsanering,
hebben wij besloten te reageren met: “Nee hoor! Het is hier in
Nederland gewoon te koud, te nat, het groeiseizoen te kort, het waait
altijd hard, niks wil er groeien behalve het “vuil” en wij hebben een
ernstig gebrek aan Italianen met veel gevoel voor drama en
overmatige expressie in woord en gebaar die de plantjes moed in
praten of ze de grond uit schreeuwen (dat konden we nooit verstaan),
dat is het!!”. Ciao!! Fred
WZZO © 2015 • F.H.M. Schoot Uiterkamp