de vondelier nr. 3 2014

Er gebeurt een hoop op de tuin:

op 20 mei kwamen bewoners van de Schoterhof langs

voor een bezoekje en een kopje koffie.

Op 25 mei organiseerden Elly van Meeteren en Natasja de Bie

de plantjesruilbeurs.

En natuurlijk was er op zondag 29 juni onze jaarlijkse Open Dag.

Reserveer in je agenda: Barbecue zaterdag 16 augustus!

Onze contactpersoon bij de gemeente Pernette Cameron heeft een

andere functie gekregen. Daarom kwam onze Willem van Wonderen

langs met de nieuwe ambtenaar die de volkstuinen doet:

om kennis te maken met ons mooie complex en onze bezigheden.

De tuincommissie is aan het oefenen met de nieuwe onkruidbrander.

De hitte van het brandende gas doet alle onkruid op het schelpenpad

verschrompelen. Erg heet blijkt ie te zijn. De tuincommissie zal

berichten over hun ervaringen met dit nieuwe apparaat.

Elders in deze Vondelier staat een stuk van de tuincommissie over de

muskusratten. Een muskusrat is niet gevaarlijk voor ons.

Hij eet alleen plantaardig.

En ziektes, zoals gewone ratten meedragen, heeft hij doorgaans niet.

In België noemen ze hem veel sympathieker: waterkonijn en hebben

ze recepten hoe je hem lekker klaar kan maken.

Wel maken ze veel schade aan de oevers, die na het instorten weer

aangeplempt moeten worden.

Zie je een muskusrat, of zijn sporen: meld het even bij het bestuur.

Heb je schade door de gangen en holen die hij heeft gegraven:

herstel het zelf of meld het bij de tuincommissie.

Dan kan het bij een werkbeurt worden hersteld.

                                            Remco Visser, remcovisser01@cs.com

Jullie hebben hem natuurlijk allang opgemerkt: de nieuwe

onkruidbrander. Wat een pracht, wat een glorieuze aanwinst

voor onze vereniging! Grote gasfles, brander geplaatst in een

bak, zo gaat er weinig warmte verloren. Het geheel kan soepel

voortbewogen worden op een kar met drie wieltjes.

Eén druk op de knop en hij begint vriendelijk te snorren.

Een apparaat om te zoenen? Nou... nee.

Uitstraling heeft hij zeker, maar de aaibaarheidsfactor is te laag.

En we vinden ’m niet lekker ruiken.

In dit stuk vertellen we meer over onkruid branden en leggen we uit

waarom we voor deze methode hebben gekozen.

In 2013 begonnen we met onkruid branden op WZZO.

We hebben, geholpen door tuinders op een alternatieve werkbeurt,

in 2013 proefgedraaid met een klein apparaat. Al snel ontdekten we

dat het geen pretje is om met een gasfles rond te sjouwen.

Henk kwam in actie en zette hem op een karretje.

Les 2 volgde. Je moet enig geduld hebben met het resultaat.

Als je blijft branden tot de grond voor je voeten pikzwart geworden is,

verspil je gas. De juiste methode is stapvoets over het groen heen

gaan, twee keer, het daarbij laten; herhalen na twee of drie weken.

Dan sterft het onkruid af zonder dat de bodem wordt losgemaakt

voor nieuwe onkruidzaden, zoals bij schoffelen en krabben gebeurt.

Ook met branden raak je het onkruid niet voor eeuwig kwijt, en dat is

een gezond teken. Trouwens, wat is onkruid?

Heel simpel: we willen zelf uitmaken wat er in onze tuinen groeit, de

rest is onkruid. Kunnen we in de tuin een lief bloempje nog het

voordeel van de twijfel geven, op schelpenpaden en tegeltableaus zijn

we bikkelhard: elk plantje moet weg.

Nu gaan we even moeilijk doen met twee afkortingen: DOB en LCA.

De UniversiteitWageningen onderzoekt Duurzaam Onkruid Beheer

(DOB) en adviseert bedrijven en overheidsinstellingen over de

bestrijding van onkruid op verhardingen. Dit lijkt met name bedoeld

om het gebruik van bestrijdingsmiddelen terug te dringen.

Want er wordt in Nederland ruim 200.000 kilo actieve stof gebruikt

om onkruid te verdelgen.

Voor driekwart van het verbruik zijn bedrijven verantwoordelijk.

Ze kijken vooral naar de voordelen: spuiten is gemakkelijk, effectief

en goedkoper dan branden, borstelen of heet water.

Maar is dat wel echt zo?

Het ligt er maar aan waar je de rekening neerlegt. Gifstoffen spoelen

uit in het oppervlaktewater, en dat is een heel vervelende zaak.

De extra inspanning die waterbedrijven moeten leveren om het water

van schadelijke stoffen te ontdoen moet door alle klanten gezamenlijk

worden betaald. Het helpt niet de CO2-uitstoot terug te dringen.

En zo komen we vanzelf uit bij die andere afkorting: LCA.

LCA, Levenscyclusanalyse, is een vat waarin je de totale

milieubelasting voor een product kunt opbergen.

Wat zijn de kosten om het te maken, het te gebruiken, het te vervangen?

Je noteert welke grondstoffen ervoor nodig zijn, en het transport ervan

Brandstof, onderhoud aan machines, schoonmaak en vervanging van

productiemiddelen tellen allemaal mee.

En nu komt het: de LCA van bestrijdingsmiddelen voor onkruid is lager

dan de LCA van borstelmachines, want daar slijt de bestrating van!

(Ik heb het niet verzonnen.)

Wat ben je eigenlijk goed bezig als je al het onkruid volledig handmatig

verwijdert – door schoffelen, wieden en krabben, desnoods door er net

zo lang tegen te praten tot het moedeloos sterft.

In alle gesprekken over onkruidbestrijding duiken persoonlijke

meningen op. We konden het er met ons handjevol commissieleden

al niet goed over eens worden of er wel milieuvriendelijke middelen

bestaan. En alle informatie die je verzamelt over dit onderwerp is

doelgericht. Die mooie rapporten worden niet opgesteld omdat

iemand alleen maar geïnteresseerd is in onkruidbestrijding en het

milieu, nee, er moet een advies uit voortvloeien en een plan van

aanpak. Er is altijd iemand aan het woord met een visie. Iemand dus

die doof is voor tegenstrijdige informatie en afwijkende meningen.

Iemand die goed tellen en rekenen kan, en weet hoe hij de uitkomst

van een som kan beïnvloeden.

We werden er een beetje moedeloos van. Daarom gingen we terug

naar de basis. In wat voor gebied zijn wij eigenlijk actief ?

Ons volkstuinencomplex ligt in een polder. Overal rondom zie je

water. Onze naaste buren zijn woonbootbewoners.

We hebben daar oog voor, spuiten is niet in ons belang.

Na overleg met het bestuur hebben we de Flame Select in ons

wagenpark opgenomen. Deze brander heeft een laag gasverbruik

(denk aan de LCA) doordat er een kap omheen gebouwd is.

Het apparaat is niet alleen geschikt voor tegeltableaus, maar kan ook

worden ingezet op schelpenpaden. We zullen er een hoop werk mee

verzetten! En natuurlijk worden de resultaten bijgehouden en maken

we daar een mooi rapportje van (want wij kunnen het ook).

Voor de gelukkigen die op hun werkbeurt aan de slag mogen met de

onkruidbrander volgen ten slotte de belangrijkste aanwijzingen op rij:

* Stapvoets lopen, niet stilstaan.

  Vertrouw erop dat ook groter onkruid het loodje zal leggen.

* Herhalen (na een rusttijd van twee à drie weken)

   is effectiever dan eenmalig lang branden.

* Ga rustig met het apparaat om.

* Pas op dat je geen borderplanten verbrandt.

* Gebruik de brander niet vlak bij houten gebouwen.

* Laat het apparaat afkoelen voordat je het in de werkschuur

   op zijn plaats terugzet.

                                            Carla, namens de Tuin-/Werkcommissie

Ondermijnend

We krijgen allemaal ongewenste bezoekers op de tuin die we graag

weg willen hebben. Daarbij denkend aan rupsen, aaltjes, slakken,

schimmels, fazanten, ratten, hazen en als klapper de muskusrat.

En over die muskusrat willen we het even hebben, het is niet

onze gewassen op wat voor manier dan ook worden aangedaan door

deze gast maar de walkanten worden ernstig ondermijnd door hem.

Hij maakt een groot hol/huis/nest vanuit het water de oever in.

Zolang hij zijn woning bewoont merken we er niets van, ma

met zijn familie vertrokken is zakt de heleboel in elkaar en ontstaan er

grote kuilen in de kant.

Als je zulke kuilen aantreft is het dus het beste om ze te dichten in de

hoop dat er niet weer een nieuwe familie het zelfde geintje uithaalt.

De muskusrat ziet er uit als een cavia met een PLATTE staart even

lang als zijn lijf.

Een bruine rat heeft een minder gedrongen lijf en een RONDE staart.

Het vangen van bruine ratten kan het beste gebeuren met een groot

formaat muizenval waar je een stukje spek in legt.

De muskusrat eet geen spek dus die vang je daar niet mee.

Het vangen van muskusratten laten wij over aan de muskusratten

bestrijdingsdienst.

Deze instelling heeft op verschillende plaatsen bij ons complex

vangkooien staan die elke drie weken worden gecontroleerd.

Wel zijn ze blij met een berichtje van ons als we muskusratten

signaleren. Daarom vragen we tuinders of ze goed willen kijken als

ze wat zien ritselen en/of trippelen of het een muskusrat betreft.

Het bestuur van WZZO vraagt je dan het volgende te doen ....

(zie het kader hieronder). De bestrijdingsdienst heeft trouwens dit jaar

twee muskusratten gevangen bij ons.

We hopen op alle medewerking, bij voorbaat hartelijk dank daar voor.

                                                      Vriendelijke groeten De tuincommissie

Met wat geluk is de tuin in orde en groeit en bloeit alles welig.

Helaas ook het onkruid, maar dat gaan we met frisse moed te lijf.

We werken ons deze mooie dagen in het zweet in onze korte broek

en dun shirtje. Als we pech hebben dan keren we huiswaarts met

verbrande schouders (natuurlijk vergeten in te smeren met factor 30)

en zweterige voeten.

*Voor de schouders is een koel kompres van karnemelk of yoghurt

heerlijk, voor de voeten is een voetenbadje met zeezout altijd goed,

maar probeer het ook eens met zemelen: Week de zemelen eerst en

voeg ze daarna toe aan het water van en voetenbad.

Zemelen verzachten de huid en kalmeren en ontspannen die voeten.

Heeft u munt in de tuin staan, vul het voetenbad dan eventueel aan

met blaadjes munt. Op deze manier wordt het lekker verkoelend.

Ideaal voor de warme zomerse dagen.

*Warm weer en transpiratie gaan vaak samen. Dat betekent niet

alleen kans op vieze luchtjes, maar ook op bacteriën / schimmels.

Houd uw voeten koel en schoon: draag katoenen sokken en kies

schoenen met leren voering (i.p.v. plastic).

*Blote voeten in slippers? Smeer uw voeten goed in met zonnebrand-

crème met een hoge beschermingsfactor.

De huid aan de bovenkant van de voet is heel gevoelig!

*Heeft u diabetes? Het lopen op blote voeten is niet aan te bevelen.

De kans is namelijk groot dat u ongemerkt snij- en schaafwonden

oploopt.

Een fijne zomer !

Met vriendelijke groet,

Erna Stolwijk, de pedicure met de groene vingers.

Vorig jaar last gehad van een wespennest aan de voet van een

appelboom.

Slechts met de grootste moeite en na het gebruik van allerlei wesponvriendelijke

middelen hebben we dat nest weg kunnen krijgen.

Blij was ik dan ook niet toen ik in april een grote bedrijvigheid zag

van hommels bij een mezenkast.

Hommels, zijn dat niet net van die agressieve beesten als wespen?

Niets blijkt minder waar.

Een hommel is een nuttig dier in de tuin, ze komen overal voor waar

bloemen groeien en zijn onmisbaar voor de bestuiving van veel

plantensoorten.

Ze veroorzaken weinig overlast en steken vrijwel nooit.

Een hommel is een bij (niet elke bij is een hommel).

Ze verzamelen honing en nectar voor de kolonie.

Ze leggen geen voedselvoorraad aan voor de winter.

De hele kolonie sterft dan ook in de nazomer, behalve de koninginnen.

Deze graven zich in en wachten tot het voorjaar, dan kruipen ze

tevoorschijn en beginnen op een geschikte plaats een nieuw nest

Dit nest bevindt zich meestal net op of onder de grond.

In een oud muizennest, in een aarden wal.

De koningin maakt een bolvormig nest.

Ze verzamelt wat voedsel in het nest en legt daarna een aantal eieren

en gaat er bovenop zitten.

Na 4 dagen komen de eitjes uit, ze stopt de larven vol met het voedsel.

Als de larven dik genoeg zijn houden ze op met eten en gaan zich

verpoppen.

Na 2 tot 3 weken komen er jonge hommeltjes uit de cocons.

Waarschijnlijk zijn de hommels die in het nestkastje huizen

boomhommels.

Ze nestelen op de resten van het nestmateriaal van de vorige bewoners.

Dit is niet goed, want er komen nu allerlei parasieten te voorschijn,

die slecht zijn voor het hommelvolk. Had ik dat kastje ook maar goed

schoon moeten maken, maar ik heb nooit gemerkt dat er een

mezennest in zat.

In augustus is het hokje weer leeg, de hommels dood en de koninginnen

hopelijk gezond op een rustig plekje ergens onder de grond.

Het schoongemaakte mezennest is dan weer voor de mezen,

want in een leeg hokje schijnen hommels zich nooit te vestigen.

Hopelijk vinden ze een andere geschikte woning in onze tuin.

Het seizoen is weer begonnen

We zijn vroeg dit jaar met al dat mooie, zonnige zomerweer.

Daarom heb ik ook, nadat de eerste tuinder vroeg wanneer

de kratten weer geplaatst zouden worden, al vroeg contact

gezocht met Jaap Kok van de voedselbank in Velsen.

De kratten staan er nu voor de tweede week en tot mijn grote

vreugde zag ik dat er vanmorgen de eerste krop sla

(een hele mooie, rooie), knoflook, een snijbladgroente en

een pak macaroni in stonden.

Geweldig, het seizoen is dus echt begonnen, ook voor de

deelnemers van de voedselbank.

Ik weet niet hoe het bij jullie is,

maar bij ons is de oogst nog matig.

Er wordt veel weggevreten, door kevertjes, slakken

en ongetwijfeld ook door dat geweldig mooie fazantenpaar

dat rondscharrelt op de tuin.

Toch is elke oogst mooi meegenomen en zijn wij gelukkig

in de omstandigheid dat we tekorten kunnen aanvullen met

producten uit de winkel.

Ik hoop dat dat voor de meeste van de tuinders ook

het geval is.

Hen zou ik willen vragen, ook al valt wellicht de oogst

wat tegen, soms wat af te staan aan de voedselbank.

Daar maken namelijk mensen gebruik van, voor wie

het niet zo eenvoudig is tekorten aan te vullen,

omdat het geld daartoe ontbreekt.

Ik hoop dan ook dat we met vele kleine beetjes samen

de kratten het komend seizoen weer goed kunnen vullen.

Mochten jullie vragen hebben dit voedselbankproject

loop dat gerust even langs op tuin 33

of bel ons op 023-7851625

                                                            Groeten Henk en Alet

Waarom de voedselbank ?

Vanuit mijn werk waarbij ik gezinnen begeleid, kom ik ook

regelmatig bij gezinnen die gebruik maken van de

voedselbank. In de gezinnen waar ik kom is er vaak sprake

van problemen op vele gebieden. Door enorm veel pech,

lichamelijke of psychische problemen zijn mensen in een uitzichtloze

situatie terecht gekomen.

Ooit kwam ik bij een gezin waar ik rond de maaltijd kwam.

Op het menu stonden aardappels, sperziebonen en gehaktballen.

Het gezin bestond uit een moeder met drie kinderen.

Vader was net na de geboorte van de jongste verdwenen uit het

gezin en bleek een gokverslaving gehad te hebben.

Moeder was achtergebleven met drie kleine kinderen en heel veel

schulden, gemaakt door vader.

Doordat vader en moeder getrouwd waren in gemeenschap van

goederen en vader onvindbaar was, moest moeder de schuld

afbetalen. Moeder had veel trots en heeft het een aantal jaren alleen

geprobeerd, maar het ene gat werd met het ander gevuld.

Doordat de bedragen steeds hoger werden door de incassokosten

werd de situatie steeds uitzichtlozer. Moeder had nu sinds kort hulp.

Zij was bezig om in de schuldsanering te komen en kreeg nu voedsel

vanuit de voedselbank. Dit maakte dat moeder zich niet meer zo druk

hoefde te maken over eten, vooral ook voor haar kinderen.

Het gezin ging aan tafel en toen de pan open ging riep de oudste van

acht vol verbazing: “Wat zijn dat voor rare groene wormen?”.

De kinderen lagen alle drie in een deuk van het lachen.

Zoiets geks hadden ze nog nooit gezien, van die fel groene wormen.

Voorzichtig werd in de wormen geprikt.

Aarzelend werd er in gebeten, maar na eenmaal geproefd te hebben,

waren de borden snel leeg.

Het bleek dat ze nog nooit verse sperziebonen hadden gegeten.

Ik kom veel tegen, maar dat kinderen niet eens weten wat

sperziebonen zijn deed zelfs mij nog verbazen.

                                                                                 Elly

De plantenruilbeurs

Op 25 mei was de plantenruilbeurs. Wat begon als een experiment

wordt steeds groter en gezelliger. Ik was, dacht ik, vroeg op de tuin

maar toen ik aankwam zag ik dat ik lang niet de eerste was.

Verschillende enthousiaste tuinders stonden al klaar met hun plantjes.

De een had heel erg veel en speciaal gekweekt voor deze

gelegenheid, een ander ging nog snel plantjes uitspitten.

Nu is het niet zo dat het er toe doet of je veel of weinig hebt.

Zelfs als je helemaal geen plantjes hebt ben je van harte welkom.

Het heet dan wel plantenruilbeurs, maar ieder zet de plantjes neer die

hij of zij over heeft. Na het startsignaal pakt een ieder plantjes bij de

ander naar zijn gading. Je begint bescheiden met een plantje of twee,

als er veel van een soort zijn en als iedereen zijn favoriete plantje

heeft kunnen pakken, dan ga je verder.

Het is het allermooiste als alle plantjes van eigenaar veranderd zijn.

Het weer leek wel speciaal besteld voor de ruilbeurs.

Een vriendelijke temperatuur die fijn is voor een mens, zodat je

zonder jas in een zonnetje kon staan maar niet te warm opdat de

plantjes niet stonden te verpieteren.

Doordat er al vroeg zoveel mensen waren ontstond gezelligheid en

werd er volop bij elkaar gekeken en gesproken over de plantjes onder

het genot van een lekker kopje koffie of thee.

Het is dan ook een leuke gelegenheid om elkaar te leren kennen.

Leuk is ook dat er verschillende nieuwe tuinders waren.

Na het startsignaal ging het ruilen aan de gang. Voor mij was er heel

wat van mijn gading. Engelwortel, mooie lelies, verschillende kruiden

en borderplanten. Ik kan mijn tuin weer lekker opvullen en een

border die in juni eigenlijk al zijn moois al gehad heeft, aanvullen met

planten die ook wat later bloeien. Volgens mij ging iedereen na een

minuut of 20 tevreden naar zijn eigen tuin of mee met een van de

andere tuinders om nog een kijkje op elkaars tuin te nemen.

Nog even een bezem hanteren om het pleintje aan te vegen en toen

was het alweer voorbij. Het ruilen, maar vooral ook het ontmoeten

van andere tuinders op deze manier is zo leuk, dat we in september

of oktober weer een ruilbeurs gaan organiseren.

                                                                              John C., Natasja en Elly

Bi j de voorplaat . . .

Vanmorgen, zondagochtend, op de radio gehoord bij Vroege

Vogels: er is een landbouwgif dat preventief van alles en nog

wat op gewassen bestrijdt middels een coating op de zaadjes.

Prima spul zou je denken, ware het niet dat de vogeltjes dood gaan

en de bijen ook geen lang leven beschoren zijn.

Goed, dan kopen we dat zaad niet en als we het al gekocht hebben

winnen we zaad voor volgend jaar.

Jammer maar helaas, daar is het volgende op gevonden door Chemieman:

het is F1-hybridezaad dus niet geschikt om mee door te telen.

Slim hé. Goed, wij zijn ook niet voor een gat te vangen en gaan

gewoon zaad bij iemand anders halen. Nee dat kan ook niet, want

Chemieman is bezig de zaadhandel in handen te krijgen.

Zomaar een zondagochtend, zomaar op de radio.

Eerder al eens vernomen dat een grote zaadhandelaar wereldwijd

patenten zet op genetisch gemanipuleerde zaden.

Zo was er eens een boer in Amerika die voor de rechter werd

gedaagd omdat hij gentech koolzaad op zijn land had staan.

De rechter veroordeelde hem, ondanks het feit dat het gentech

koolzaad was komen aanwaaien.

Boer in de tegenaanval en sleepte het megalomane bedrijf voor de

rechter, omdat die zijn land besmet had met gentechzaad.

Die zaak werd afgekocht doordat bedrijf aanbod het gewas te ruimen

van het land van de boer. Boer dreigt weer een proces te beginnen

als zijn land weer besmet wordt, etc. Wat zijn we lekker bezig hé!

De tuinbonenoogst viel erg tegen dit jaar, weinig peulen, weinig

vruchtzetting dus. De kapucijnerplantjes gaven vrij snel de geest

nadat ik ze buitengelaten had.

Iets onder de grond zat aan de wortels te knagen of te trekken.

Met de peulen en sugarsnaps was het hetzelfde laken en pak.

De leven van de jonge slaplantjes werd in de kiem gesmoord door

slakken.

Eindelijk hadden we weer eens wat peren aan de boom hangen,

maar de kauwen zaten er eerder op te kauwen dan wij.

Van de week trof ik weer een fazantenhen met jonkies aan.

Het riet van de sloot aan de voorkant trekt langzaamaan mijn tuin

binnen, links en rechts rukt het heermoes op, het zevenblad kruipt

onder de heg door de tuin in, ritnaalden, ratten, muizen, torren,

rupsen, luizen, zwarte kraaien, duiven, in cohorten van vier staan ze

aan het hek te rammelen.

Het wordt een ware

nachtmerrie,

dat volkstuinieren !

's Nachts droom ik er van: we gooien kilo's organische en chemische

mest op de aarde. Dozen vol erwtjes, boontjes en andere zaden gaan

per seizoen de bodem in. Tientallen vuilniszakken vol onkruiden en

ander tuinafval wordt er jaarlijks afgevoerd van het complex.

En dat terwijl er kleine zakjes met schaarse oogst huiswaards gaan.

Een maaltje kapucijners, pondje aardbeien, kroppie sla, een paar

tomaatjes, er ligt nog voor twee personen tuinbonen in de vriezer en

dat was het weer dit jaar.

Oh, ja, maar er komt toch nog een oogst pruimen en abrikozen, de

kolen staan er nog goed bij, dat gaat toch helemaal goed komen!

Nee, dat komt niet goed, in de schemering zie ik oplichtende rode

ogen loeren in de heg, wanneer ik stiekem vanuit mijn tuinhuisje de

tuin in kijk door de vitrage, zie ik bomen en struiken vol hongerige

duiven, eksters, kraaien en fazanten, kwijlend naar de gewassen

kijken om aan te vallen zodra ik het complex afloop.

Ik ga aandelen kopen bij Chemieman in de hoop dat deze samen met

megalomane Zaadman F1-hybride zaad op de markt brengt, waar

geen enkel, maar dan ook geen enkel beest of insect zijn snavel,

tanden of ander organisch knaagorgaan aan durft te wagen, doet-ie

dat wel, dan valt-ie binnen luttele seconden ter plekke dood neer.

Geen schimmel of bacterie smet mijn aanstaande oogst ooit nog eens.

Wat lijkt dat mij een heerlijk vooruitzicht.

En dat er in de avondschemering een groene gloed over het complex

hangt, ter hoogte van tuin 43, ach, dat nemen we maar op de koop toe.

                                                                                      Fred